Kunstencentrum nOna
Kunstencentrum nOna
Kunstencentrum nOna is een plek waar kunst en verhalen samenkomen. Het centrum geeft ruimte aan kunstenaars die iets willen vertellen, die met hun werk onze verbeelding prikkelen en ons anders naar de wereld laten kijken. In nOna vind je muziek, theater, dans en beeldende kunst die raakt, verrast en aan het denken zet.
Eind jaren ’90 botste die artistieke groei op haar grenzen. De charmante Art-Deco theaterzaal in de Begijnenstraat, waar het allemaal begon, bleek te weinig flexibel voor repetities en nieuwe artistieke vormen. Artiesten hadden nood aan ruimte om te oefenen, te experimenteren en te groeien. In samenwerking met Stad Mechelen besloot nOna daarom de oude, leegstaande drukkerij naast de zaal aan te kopen en om te vormen tot een tijdelijke werkplek. Zo ontstond in 1999 nOva: drie oefenzalen voor artiesten in nood, waar de verbeelding opnieuw alle vrijheid kreeg.
Wat begon als een praktische oplossing groeide uit tot een duurzaam verhaal. In 2016 startte de effectieve renovatie en uitbreiding van nOna, waarmee het kunstencentrum opnieuw ademruimte kreeg. Dit project paste naadloos binnen het stedenbouwkundig beleid van Mechelen om de Begijnenstraat te versterken als cultuur-as tussen de Grote Markt en de Lamot-site.
De site van nOna ligt verscholen in een bouwblok, doorsneden door een middeleeuwse brandsteeg die de oude en nieuwe delen van de site van elkaar scheidt. De historische morfologie van het gebied, het netwerk van stegen en doorgangen, vormde de inspiratie voor het ontwerp. In plaats van gebouwen te ontwerpen, lag de focus op het creëren van ruimtes die de oorspronkelijke stedelijke structuur weerspiegelen. Zo werd het grote bouwblok opnieuw doorwaadbaar gemaakt, waarbij de middeleeuwse stegen werden hersteld. De oude drukkerijsite werd ontpit en omgevormd tot een nieuw kunstencentrum, waarin binnen- en buitenkamers verwijzen naar de vroegere morfologie van het terrein. Op deze manier werd niet alleen ingespeeld op de grillige vorm van de kavel, maar ook een hedendaagse repliek gegeven op het oorspronkelijke samenspel van tuinmuren, koterijen en stegen.
Zo ontstonden er drie patio’s als stedelijke kamers rond de nieuwe theaterzaal en het forum, een multifunctionele ruimte met de allure van een overdekte markthal. De inkompatio vormt de schakel tussen de Begijnenstraat en het binnengebied. Het ent zich op de middeleeuwse brandstraatjes en de voorbouw. De grote patio vormt het verlengde van het forum en de langwerpige patio verzorgt de ontsluiting naar de achterliggende artiestenfoyer. De grens tussen binnen en buiten wordt vervaagd door gevelbrede openingen. De buitenpatio’s werden in samenwerking met kunstenaar Nick Ervinck uitgewerkt naar het concept ‘baksteen in beweging’.
Luchtfoto nOna met de drie belichte patio’s
Aan de straatzijde werd een nieuwe invulbouw gerealiseerd die een gezicht geeft aan nOna en een poort is naar het achterliggende binnengebied. Het gebouw verbindt de nieuwe site met de oude speelzaal en is opvallend gepositioneerd boven een bestaande steeg, waardoor de historische doorgang behouden blijft en onderdeel wordt van het nieuwe ontwerp. Door de glazen gevelarchitectuur gaat het kunstencentrum de interactie aan met de stad. LED lichtkranten geven de programmatie op de gevel weer, animeren het straatbeeld en nodigen zo voorbijgangers uit.
Voorgevel gezien vanuit de Begijnenstraat
De nieuwe zaal is een multifunctionele betonnen doos geworden, waarbij de gevelbekleding in prefabbetonpanelen werd voorzien van de ingelegde letters N O N A, als evidente verwijzing naar de naam van het kunstencentrum, maar ook als reminiscentie naar het drukkerij-verleden van de site.
In functie van de akoestische eisen werd de theaterzaal opgevat volgens het doos-in-doosprincipe. Daarnaast werd gewerkt met een uitschuifbare tribune, zodat de opstelling flexibel kan worden aangepast aan verschillende producties. Bij het ontwerp van de zaal stond ook de relatie tussen publiek en performance centraal: de volledige ruimte is zo ingericht dat de afstand tussen toeschouwers en artiesten zo klein mogelijk is, waardoor een intense en directe beleving van elke voorstelling ontstaat.
De wandafwerking in het interieur van nOna verwijst subtiel naar de lambrisering van een 19e-eeuwse stadswoning. Tegelijkertijd is het plafond uitgevoerd in een betonnen wafelstructuur, die een moderne, robuuste toets toevoegt en de architecturale expressie van het gebouw versterkt.
Gedurende het 20-jarige bouwproces werd er op alle niveaus participatie aangegaan. dmvA fungeerde hierbij als katalysator, wat leidde tot duurzame samenwerkingen en een groter sociaal draagvlak. Door duurzame samenwerkingen aan te gaan met de buren, de stad, aannemers, het uitvoerende personeel, vzws en ambachtscholen. De samenwerking met technische scholen te Mechelen zorgede voor een leerproject rond kaleien. Met vzw Onbetaalbaar werd een project gerealiseerd dat nOna een eigenheid geeft en zich ankert op zijn plek. Verschillende sessies met de buren resulteerden in een aangenaam werfgebeuren en vrijwilligershulp. Vzw Onbetaalbaar realiseerde samen met de architect een tijdopname van aanbesteding tot uitvoering. Hierbij werden alle partners in het licht gezet aan de hand van QR-codes die herinneringen aan het proces vertellen. Tevens maakte fotografe Kaat Pype tijdens de werken beelden die ook werden tentoongesteld. Tussen Onbetaalbaar en dmvA werd ook een sociaal tewerkstellingsproject opgestart dat resulteerde in unieke deurtrekkers.
Foto’s van het proces door Kaat Pype
Openbare gebouwen in België worden verplicht om 1 procent van het bouwbudget te voorzien van kunst. dmvA overstijgt dit door de kunst als het gebouw te bekijken. Nieuwe stedelijke plekken worden in de stad gerealiseerd in de stad en creëren een belevenisruimte tussen straat en toneel. Nick Ervinck, die eerder samenwerkte met dmvA, verhief deze intentie tot een vierde dimensie met zijn werk ANONOV.
Op vlak van duurzaamheid werd bij nOna op verschillende niveaus ingezet. Het kunstencentrum is het eerste gebouw in de Benelux dat werd opgetrokken in ‘groen’ (of circulair) beton, en oude printplaten van de vroegere drukkerij werden hergebruikt als afwerking van de sanitaire wanden. Ook de stedelijke morfologie werd hergebruikt: het ontwerp sluit aan bij het bestaande netwerk van stegen en binnenruimtes. Het project draagt bij aan stedelijke duurzaamheid, door in te zetten op verdichting binnen een bestaand stadsblok, en aan sociale duurzaamheid, door een toegankelijke plek te creëren waar kunstenaars en publiek samenkomen. Daarnaast werd er rekening gehouden met economische duurzaamheid, door een flexibele structuur te ontwerpen die de tand des tijds kan doorstaan, en met materiaalduurzaamheid, bijvoorbeeld door deurknoppen te vervaardigen uit gerecycled aluminium. Zo combineert nOna circulair bouwen met een toekomstgerichte visie op stedelijke en sociale context.
Sanitair waarbij de wanden zijn afgewerkt met de oude printplaten
Specifics
Opdrachtgever: vzw Theater Teater
Locatie: Mechelen
Realisatie: 2002 – 2020
Ontwerpteam: David Driesen, Tom Verschueren, Kobe Van Praet, Valerie Lonnoy, Michael De Roeck, Gert-Jan Schulte, Lukas Versteele
Ingenieur Stabiliteit: UTIL struktuurstudies
Ingenieur Technieken: Technum – Tractebel Engineering nv
Fotografie: Sergio Pirrone
Schaal: 720 m2
GC Elzenhof
GC Elzenhof
Elzenhof is gelegen in Elsene, een Brusselse gemeente net ten zuiden van het stadscentrum. Het gemeenschapscentrum maakt deel uit van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en fungeert als draaischijf voor de Vlaamse gemeenschap in Brussel. Het is een ontmoetingsplaats waar je terechtkan voor workshops, een cafetaria, bijeenkomsten, kleine theatergezelschappen, muziek en meer. Ook Kind & Gezin heeft er een afdeling.
Elzenhof bestaat uit drie historisch waardevolle herenhuizen die grandeur uitstralen. In de loop van de jaren zijn er in de gebouwen verschillende ingrepen gebeurd om de faciliteiten te verbeteren. De opdracht die dmvA via een wedstrijd toegewezen kreeg, kadert binnen dit stapsgewijze verbeteringsproces.
subtiele interventies, grote impact
Het programma van eisen bestond uit de reorganisatie van de inkomzone, de omvorming van de zolder tot multifunctionele oefenzaal of kunstenwerkplaats, een groot dakterras aan de cafetaria en het connecteren van het centrum met de tuin via een brede ondergrondse trap. De donkere kelder is omgevormd tot een lichtrijke multifunctionele plek die bijvoorbeeld als crèche kan dienen maar evengoed als podium & de trap als tribune. De interventies zijn subtiel maar hebben een grote impact op de werking van het gemeenschapscentrum.
Specifics
Opdrachtgever: Vlaamse Gemeenschapscommissie
Locatie: Elsene
Realisatie: 2011 – 2022
Ontwerpteam: Tom Verschueren, David Driesen, Gert-Jan Schulte, Lukas Versteele, Rob Naulaers, Ine Papen
Ingenieur Stabiliteit: ASB
Ingenieur Technieken: Boydens Engineering
Fotografie: Goedele De Wilde
Schaal: 2800 m²
Herbestemming site Mispelters
Herbestemming site Mispelters
Gelegen in het hart van Mechelen, kent site Mispelters een rijke geschiedenis die teruggaat tot 1588, toen het een kloosterpand van het Bethaniëklooster was. In 1810 werd het een brouwerij genaamd ‘Den Posthoorn’, waarbij de vier aparte gebouwen samengevoegd werden tot één functioneel geheel. Later huisvestte er de kantoorwinkel ‘New Mispelters’ gedurende 70 jaar. Na de sluiting van de kantoorwinkel in 2019 werd de site opgedeeld en verkocht aan 2 opdrachtgeveers die samen de ambitie uitspraken om er gezamenlijk 1 gemengd stedelijke inbreidingsproject van de te maken, bestaande uit een stadswoning, appartementen, commerciële ruimten en het kantoor van dmvA.
De site bevindt zich op de hoek van de Sint-Katelijnestraat en de Oude Beggaardenstraat vlak bij de Sint-Romboutskatredraal en naast het Prinsbischoppelijk paleis. De Sint-Katelijnestraat is één van de belangrijkste toegangswegen tot de stad Mechelen. Kenmerkend voor de Sint-Katelijnestraat is de aanwezigheid van tal historische ‘diephuizen’ en ‘breedhuizen’.
Bij aanvang van het ontwerpproces werd een historisch analyse gemaakt van de site. Historische afbeeldingen en het oude vlietenplan van de stad Mechelen brachten de aanwezigheid van een oude (overwelfde) vliet langsheen de site aan het licht. Deze vliet leidde tot het stedenbouwkundig concept van het project. Weinig waardevolle en nietszeggende achterbouwen werden afgebroken en moesten plaats ruimen voor een gemeenschappelijke binnentuin naast de vliet. De semi-publieke ruimte stimuleert het sociale contact tussen alle bewoners van de site en werkt als een katalysator voor de ganse site.
Op architecturaal niveau werden de 4 verschillende gebouwen, die in het verleden zowel fysiek, uitwendig als functioneel met elkaar verbonden werden, terug in ere hersteld tot 4 autonome unieke entiteiten met elk hun eigen architecturale uitstraling. Het Diephuis werd terug getransformeerd naar een woning. Het Breedhuis werd omgevormd tot een commerciële ruimte met 2 woontiteiten. Het hoekgebouw, genaamd Drijhoek, huisvest het nieuwe kantoor van dmvA terwijl het Pakhuis in zijn industriële glorie werd hersteld en omgevormd werd tot parking en 2 loftwoningen.
Om de toekomstbestendigheid van de site te verzekeren werd achter het historische Diephuis en Breedhuis een langgerekt nieuw bouwvolume in eenvoudige baksteenarchitectuur toegevoegd. Deze uitbreiding herbergt niet alleen de privatieve buitenruimten van de woonenteiten maar ook een nieuwe gemeenschappelijke traphal en lift, die gedeeld wordt met het kantoor van dmvA. Hierdoor kunnen toekomstige functiewijzigingen eenvoudig worden opvangen.
De historische koetsdoorgang van het Breedhuis, typisch voor stedelijke huizen uit de 17e en 18e eeuw, werd in ere hersteld en fungeert nu als gemeenschappelijke entree voor het Diephuis en Breedhuis.
Diephuis en Breedhuis
Het Diephuis – wonen naast een vliet
Het Diephuis is een traditioneel woningtype dat vanaf de late middeleeuwen (14e en 15e eeuw) veelvuldig werd toegepast in Vlaamse en Nederlandse steden. Kenmerkend is de smalle gevel langs de straatzijde en de diepe, langgerekte plattegrond op vaak smalle kavels. Naast een diephuis betreft het ook een klokgevel: een geveltype dat vooral in de 17e en 18e eeuw populair was, waarbij de top van de gevel een gebogen, klokvormige omtrek heeft. Dit Diephuis, gelegen langs de vliet werd uitgebreid met een klein nieuw volume alsook met een zwevend terras op de verdieping.
Het Breedhuis – commerciële ruimte en 2 loften
Het Breedhuis is een woningtype dat vooral vanaf de 16e eeuw opkwam, toen bredere kavels en representatieve gevels meer in trek kwamen. In tegenstelling tot het diephuis heeft het een brede gevel en een relatief ondiepe plattegrond. Karakteristiek voor het Breedhuis zijn de opbouw van vloeren doormiddel van moer- en kinderbalken. De 17de eeuwse dakstructuur met eiken kapspanten werd integraal behouden en gerestaureerd. Het Diephuis en herbergt twee appartementen met een commerciële ruimte op de begane grond.
Drijhoek
Drijhoek – nieuw kantoor dmvA in dialoog met de stad
Het hoekgebouw werd heropgebouwd na de eerste wereldoorlog als een pakhuis bestaande uit betonnen vloeren ondersteund door een betonskelet van kolommen en balken. Het gebouw had oorspronkelijk geen aparte verticale circulatie. Om het gebouw terug autonoom te kunnen laten functioneren werden enkele ingrepen doorgevoerd. De bestaande kruipkelder werd omgebouwd en uitgebreid tot een volwaardige kelder met technische ruimte en sanitair. Een betonnen wand met een rechte steektrap verbindt alle verdiepingen en leidt tot het nieuwe toegevoegde dakterras. Elke verdieping heeft een eigen karakter, waardoor de circulatie aanvoelt als een promenade architecturale waarbij je telkens in een nieuwe sfeer terechtkomt.
De kelder vormt een ingetogen, eerder beschouwende ruimte.
De gelijkvloerse verdieping wordt gezien als de (stad)huiskamer van het gebouw: een lichtrijke, uitnodigende plek die niet allen gebruikt wordt als lunch- en ontspanningsruimte, maar ook flexibel ingezet kan worden als expositieruimte of vergaderruimte. Grote nieuwe boogramen stimuleren stad en architectuur.
Op de eerste verdieping bevindt zich een open atelierruimte.
De tweede verdieping biedt plaats aan twee kantoorruimtes en vergaderzalen rond een patio die licht en groen binnenbrengt.
Het dakterras ten slotte biedt uitzicht op de Sint-Rombouts toren en vormt een aangename plek voor lunchpauzes en ontspanning.
Het Pakhuis
Het Pakhuis – loftwoningen en parking
Het Pakhuis, gelegen aan de Oude Beggaardenstraat, biedt een gemeenschappelijke parkeerruimte voor alle entiteiten en twee lofts. De voormalige industriële ruimtes werden hierbij omgevormd tot loftwoningen.
Vliet
Het openleggen van de vliet kadert binnen de visie van de Stad Mechelen om terug meer water in de stedelijke morfologie te brengen. Tijdens de bouwwerken werd bovendien het oude “Hoornbrugje” teruggevonden, een historisch element dat geïntegreerd wordt in het project en dat verwijst naar de rijke geschiedenis van de plek.
Hergebruik is de hoogste vorm van duurzaamheid. Site Mispelters is dan ook een schoolvoorbeeld hoe duurzaam een binnenstedelijk project kan zijn.
Specifics
Opdrachtgever: dmvA
Locatie: Mechelen
Ontwerpteam: Tom Verschueren, David Driesen, Dries Delagaye, Kobe Garmin en Milan Meeuse
Fotografie: Sergio Pirrone




























